We hebben een Kamp Noord, een Kamp Zuid, Afvallerseiland en Tweede Kans-eiland. Spreekt voor zich, zou je zeggen. Maar misschien kunnen we beter spreken over de oprijlaan van de familie Knol, kamp all-inclusive Alanya, Kamp van de Wijdeven en l’île olympique. Dit is week 3 van Pretpeditie Robinson.
Kamp Knol
Vroeger woonde ik in een boerendorp in Zuid-Limburg, in een gehucht dat je het best kunt omschrijven als een ruwe diamant met zo’n 1600 inwoners te midden van de heuvels tussen Maastricht en Heerlen. Wilde je echt meetellen als volwaardig dorpslid dan moest je beschikken over een paard, of op zijn minst over een paar stallen, een witte kookschort, de Heilige Communie en last but not least: een oprit. Tot groot verdriet van mijn zus hadden wij geen paard en zelfs geen stallen, en ook geen oprit. (We hadden wel de Heilige Communie, maar ook daar waren niet blij mee.) Maar onze overburen, de familie Knol, die hadden een oprit waar je U tegen zegt. De oprit liep links langs het huis omhoog, langs het terras, langs de schuur, langs de loods, en langs nog een zestal schuren. Zo gaat dat in een dorp. En die langgerekte oprit lag vol met grind, grijs grind, waarop wij uitkeken vanaf de eettafel. Honderdduizenden, misschien wel miljoenen kiezelstenen lagen daar. Nooit heb ik het begrepen waarom je je oprijlaan zou volstorten met een aantal kuub grind. Grind, of op z’n Limburgs: grèèèvel, loopt niet lekker (al helemaal niet op blote voeten), maakt geluid en is stoffig. Grind is kaal, ruw, onpersoonlijk, asymmetrisch en hobbelig. Grind kan niet rollen, maar stuiteren en stemt al snel ontevreden of somber.
Dat brengt me bij Kamp Noord, het kamp van René, Sylvana, Annemiek, Sterrin, Stefano, Sandra en Yuki. Hun kamp doet mij steeds denken aan de oprit van de familie Knol. Hoewel ze niet slecht presteren tijdens de proeven, krijgt dit team de schwung maar niet te pakken op hun eiland. Er is geen eten, geen beschutting, geen sfeer en tot groot verdriet van boerin Annemiek ook geen eten. Na een eenzame “vegetatieveldtocht” komt ze verslagen terug. Meer dan een paar ’smaakmakende blaadjes’ vindt ze niet, daar tussen het steengruis. Dat is voor Annemiek flink schrikken, want in het boerenleven is ze gewend om een jaar vooruit te plannen met eten. Nu komt ze nog geen dag verder. Als een klein, kort, krakkemikkig takje van een smaakmakend blaadje breekt ze.
En daar stoppen de negatieve effecten van grind niet. Na de Tonnetje Rond-proef vindt Stefano zichzelf een “ongelofelijke schlemiel” die door zijn fanatisme de groep heeft laten zitten. Ergens op die kale oprit probeert hij zich terug te trekken, maar hij kan zich nergens verstoppen. Ook dat is grind. Sterrin vraagt wat er scheelt, Sylvana vraagt wat er is, maar Stefano wil alleen zijn. Als een ontzettend droevig jochie loopt hij weg, over grote en kleine kiezels, teleurgesteld in zichzelf. De stilte van zijn verdriet wordt doorbroken door het kraken van het grind. Zijn gemoedstoestand wordt er niet beter op. Niet veel later komt hij terug, en wil hij zittend op een hele grote kiezelsteen, ook wel een rots genoemd, zijn team klassikaal toespreken. Zijn mededeling: stem mij weg vanavond.
’Nee!’ schreeuwt René,
‘Fucking a relax!’ roept Yuki,
‘Je bent mijn eerste vriend!’ roept Sterrin.
Een van de kampleden gooit een steentje in zee, in de hoop dat het beter wordt. Maar een meter verder spoelen er weer 5 kiezels aan.
Kamp all-inclusive Alanya in Turkije
Dan Kamp Zuid. Het kamp van Dyantha, Yasmine, Defano, Jasper, Robbert, Jan en Britte. Hier geen sombere ambiance, maar opperste stemming. Je zou dit team kunnen vergelijken met een stelletje nieuwrijken Russen die voor het eerst op vakantie naar een all inclusive in Alanya gaan. Hun eiland beschouwen ze als een gezellig luilekkerland. Ze keuvelen lekker met een sigaretje onder een afdakje, geven elkaar hot and cold stone massages en er zijn rotsen zo groot als zonnebedden en die worden dus ook gebruikt als zonnebed. Er is plek genoeg voor iedereen, dus handdoekje leggen is niet nodig. En daarom geldt hier: iedereen is blij.
Kamp van de Wijdeven
Tja, Afvallerseiland oftewel Kamp van de Wijdeven heeft eigenlijk geen toelichting nodig. Terwijl John de Bever zich al prutsend afvraagt hoe hij het deeg van zijn handen krijgt, bouwt en bakt Eva erop los. Uren is ze zoet met het bouwen van de hut, het vangen van vissen en het kruiden van de thee. En al die uren zit John met zijn deeghanden in het haar.
L’Île Olympique
Strebers, survivors en strijders. Dat is de huidige bevolking van Tweede Kans-eiland. Het groepje dat op dit eilandje huisvest is bloedfanatiek. Ieder op een eigen manier. Zo heb je spirit animals Anouk en Saar, die vooral mentaal heel sterk zijn. Je hebt Loiza, die vooral verbaal heel sterk is. Zij praat veel, zij praat vaak en – pluspuntje – ze praat met iedereen. Ja, Loiza predikt erop los. En je hebt JayJay, die in iedere zin benadrukt dat hij professioneel rugbyspeler is geweest. Dan zijn er nog Mattie, Loek en Do, de middenmoot. Maar vergis je niet in de middenmoot, dat zijn de aalvissen die overal door heen zwemmen. En ook dat is een talent. O ja, dan is er ook nog Rob. Had ik al gezegd dat JayJay ooit rugby speelde?
Dat was ‘m weer voor deze week. Komende zaterdag staat Pretpeditie Robinson week 4 online op pretparque.com